Tot mei 2019 kende het Nederlandse asielbeleid de zgn. ‘discretionaire bevoegdheid’. Dat hield in dat een bewindspersoon (tegenwoordig de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid) in schrijnende asielgevallen op basis van maatwerk-informatie van lokale betrokkenen (huisartsen, de burgemeester, plaatselijke hulporganisaties, kerken, enz.) een verblijfsvergunning kan verlenen tegen het oordeel van de IND in.
In 2019 werd dat element uit het asielbeleid gesloopt (er bleef een uiterst summiere bevoegdheid voor de directeur IND over, die sindsdien tot 4 corrigerende besluiten heeft geleid). Hulpverleners en experts zijn van oordeel dat de discretionaire bevoegdheid absoluut noodzakelijk is. We kennen in Nederland een uiterst strikt asiel- en migratiebeleid. Door toepassing van de discretionaire bevoegdheid kan de staatssecretaris beleid dat voor een individu inhumaan uitpakt, corrigeren.
Daarom zijn VluchtelingenWerk Nederland, ASKV/Steunpunt Vluchtelingen en Stichting LOS (Landelijk Ongedocumenteerden Steunpunt) een belangrijke lobby gestart en bepleiten ze dringend de discretionaire bevoegdheid van de bewindspersoon te herstellen. In het rapport Een humanitair vangnet in schrijnende situaties tonen de organisaties nut en noodzaak van de discretionaire bevoegdheid in het asiel- en migratiebeleid aan, op basis van verschillende – juridische en maatschappelijke – expertise. Klinkende namen steunen deze lobby, van Adriana van Dooijeweert (vrz. College voor de Rechten van de Mens en van Stichting Migratierecht Nederland), de Haarlemse burgemeester Jos Wienen, hoogleraar rechtssociologie Ashley Terlouw, tot de in Amsterdamse kringen bekende Corinne de Klerk (advocaat vreemdelingenrecht). – Het rapport van 6 pagina’s vindt u hier.
Asielzoekers en overheid (en hulpverleners…) zijn gebaat bij vlotte procedures, een reële geloofwaardigheidsbeoordeling en asielbeleid dat recht doet aan de veiligheidssituatie in landen van herkomst. Hoe langer asielzoekers in Nederland verblijven zonder vergunning, hoe meer dat alles onder druk staat. Ten onrechte vreest de Nederlandse overheid ‘aanzuigende werking’ bij maatwerkbeleid. Een lang verblijf zonder vergunning heeft vooral te maken met (reële) angst voor terugkeer en langdurige procedures waarin mensen zijn verwikkeld. Ondertussen gaan kinderen hier naar school, er ontstaan sociale contacten en men raakt geworteld in de Nederlandse samenleving. Dit kan (in combinatie met ander factoren) tot schrijnende situaties leiden.
Er is te allen tijde een ‘humanitair vangnet’ nodig om, indien nodig en wenselijk, een schrijnende situatie op te lossen m.b.v. de expertise en betrokkenheid op lokaal niveau en dus m.b.v. van de discretionaire bevoegdheid. Het vreemdelingenbeleid ís immers niet ‘sluitend’. Dat is het nooit geweest en dat zal het ook nooit worden. De complexe problematiek van uitzonderlijke zaken is niet te vatten in het ingekaderde vreemdelingenbeleid. Het blijft mensenwerk en het moet menselijk blijven. Dus: zolang het niet lukt in Nederland over te stappen op werkelijk humaan en rechtvaardig asiel- en migratiebeleid in lijn met de internationale regelgeving op het gebied van mensenrechten, verdient deze lobby zeker onze steun!
NB: De discretionaire bevoegdheid is per 1 mei 2019 afgeschaft, als uitruil tegen een eenmalige verruiming van het Kinderpardon (de ‘Kinderpardondeal’). We weten inmiddels wat deze beschamende koehandel heeft opgeleverd…