Moet de kerk opstaan tegen extreemrechts?

Moet de Raad van Kerken (RvK) zich kritischer uitlaten over het huidige kabinet? Sommige christenen vinden van wel. Maar RvK-secretaris Coen Wessel is terughoudend. ‘We moeten onszelf niet overschreeuwen.’

interview door Jasmijn Huisman – Trouw – 15 september 2024

Prinsjesdag staat voor de deur en dat betekent niet alleen voor politici op het Binnenhof een volle agenda. Ook Coen Wessel, secretaris van het interkerkelijke overlegorgaan de Raad van Kerken, heeft het druk. Op de vrijdagochtend voor Prinsjesdag schuift hij aan in het Haagse café Dudok, op steenworp afstand van het politieke hart van Nederland.

Hij komt net van het Prinsjesdagontbijt in de Nieuwe Kerk. Daar gingen christelijke partijen met elkaar in gesprek over hun rol. Kunnen de kerken in tijden van secularisatie het verbindende verhaal vertellen? Het antwoord is nog niet zo makkelijk, in de eerste plaats omdat kerken onderling van mening verschillen.

Er gaan stemmen op die vinden dat kerken zich duidelijker moeten uitspreken tegen ‘extreemrechts’. ‘Evangelie en extreemrechts gaan niet samen’, zo luidt de verklaring van Micha Nederland. Micha Nederland vormt een netwerk van meer dan twintig christelijke organisaties, waaronder het Leger des Heils, de EO en Kerk in Actie.

De vraag is wat de Raad van Kerken met dit geluid doet en hoe ze dit wegen. Een kwart van de christenen stemde immers PVV.

Bezinning

De afgelopen zomer heeft Wessel niet stilgezeten. Hij vroeg hoogleraren en predikanten een reflecterend essay te schrijven over het kabinet. Wat zegt het kabinet over de huidige cultuur van Nederland, luidde de vraag. Er rolden elf essays uit, alle bijdragen worden gepubliceerd op de website van de Raad van Kerken. Wessel hoopt er een ‘bezinningsproces’ mee op gang te brengen binnen de kerken: “Ik hoop dat voorgangers en gemeenteleden erover in gesprek gaan. En dat we ons beraden op de onderwerpen waar we verstand van hebben.

“Ik denk dat we als kerken pal voor de godsdienstvrijheid moeten gaan staan, ook voor de godsdienstvrijheid van moslims. Het kabinet zegt dat ze de rechtsregels handhaven, maar er zit een partij in het kabinet die discriminerende maatregelen tegenover moslims in het partijprogramma heeft staan. Daar zijn we alert op.” Ook een thema als klimaatverandering vraagt om stellingname, benadrukt hij.

‘Bescheiden stem’

Maar over het algemeen is hij vooral van mening dat de kerk ‘een bescheiden stem’ vormt. “We zijn klein, we moeten niet de illusie hebben dat we extreem veel invloed hebben. Die tijd is voorbij”, concludeert hij nuchter.

Zich geheel uitspreken tegen radicaal-rechts, zoals bisschoppen in Duitsland eerder deden tegen de AfD, ziet hij niet zitten. “Als je je zo stellig uitlaat, sla je het gesprek dood”, legt Wessel uit. Bovendien heerst er in Nederland nog altijd een ‘kater’ binnen de kerken als het gaat om al te politieke discussies, zegt hij.

“In de jaren tachtig werden er binnen de kerken hevige gesprekken gevoerd over kruisraketten”, aldus de secretaris. “De vraag was hoe Nederland zich moest verhouden tegenover de Sovjet-Unie: bewapenen of niet? Sommige stromingen vonden van wel, andere stimuleerden het pacifistische geluid. Die discussie politiseerde en verscheurde een aantal gemeentes.” Mensen liepen boos de kerk uit. Er groeide een besef dat kerken zich ‘maar niet te veel moeten bemoeien’ met de politiek.

Nieuwe focus

Parallel daaraan moesten kerken flink bezuinigen. De focus keerde zich weer naar binnen toe, ze moesten het hoofd boven water zien te houden. “Die bezuinigingsperiode heeft er ook voor gezorgd dat de Raad van Kerken steeds kleiner werd. We zitten nu op 1,6 betaalde functies binnen de raad, waarvan ik er 0,8 ben.”

Ook was er de teleurstelling in de ‘oecumenische droom’. De Raad van Kerken werd in 1968 opgericht in Nederland. In die tijd heerste er een sfeer van vernieuwing, herinnert Wessel zich. De hoop was dat alle kerken ooit samen één zouden zijn. Ondanks de verschillen in interpretatie – over bijvoorbeeld de vraag of priesters mogen trouwen of niet. “Ik denk dat dat stiekem een links-liberale droom was. Het idee: we worden allemaal wat progressiever, we zijn allemaal mensen van goede wil.”

Niet overschreeuwen

“Laatst was ik bij… oh, dit emotioneert me.” Stilte. “Ik was bij een kleine, doopsgezinde kerk in Haarlem. Ik probeer namelijk iedere zondag een andere kerk te bezoeken. Aan het eind van deze dienst stapte een 90-jarige man naar voren, emeritus predikant.” De man vertelde over de lange geschiedenis van de Mennonieten (doopsgezinden), die onder andere langs Duitsland, Nederland, Polen en Amerika voert.

“Ik realiseerde me dat al die kleine kerken in Nederland onderdeel zijn van een eigen wereldkerk, een eigen geschiedenis.” Het stemt hem bescheiden. “Moderniteit is het verhaal van eenheid, maar we moeten ook met pluraliteit omgaan binnen de kerk. Daarom denk ik dat we ons als Raad van Kerken politiek gezien moeten focussen op de punten die ik noemde. En onszelf niet moeten overschreeuwen.”