De postcode van barmhartigheid

door Patrick Meershoek

Het stadsbestuur heeft aangekondigd vaker het gesprek te willen aangaan met de burgers. Sterker nog: in samenspraak met de Amsterdammers tot breed gedragen besluitvorming te willen komen over allerlei lastige onderwerpen.

Dat is een prijzenswaardig voornemen, maar niet zonder risico. Een oud-wethouder vertelde me ooit met veel gevoel voor detail en drama hoe tijdens een bewonersavond in het vroegere stadsdeel Westerpark bij een collega-wethouder een stuk uit diens oor werd gebeten door een betrokken burger. Het waren de wilde jaren tachtig: een beetje bestuurder was gehavend en gebutst als een Engelse verdediger na een loodzwaar seizoen.

De stemming in de zaal laat zich doorgaans eenvoudig voorspellen. Komt de bestuurder met goed nieuws voor de bewoners, dan kan hij rekenen op grote waardering. Moet er daarentegen een voor de mensen beroerd besluit worden uitgelegd, dan kan zo’n zaal binnen enkele minuten veranderen in een hete heksenketel.

De zoektocht van het bestuur naar geschikte panden voor de opvang van uitgeprocedeerde asielzoekers belooft ook weer een reeks verhitte bewonersavonden op te leveren. Het bericht dat de voormalige brandweerkazerne in Buitenveldert op de longlist staat, bracht de fractievoorzitter van de VVD in Zuid al tot een woedende tweet waarin hij sprak van een ‘walgelijk plan’ en een ‘brute provocatie’ van de bewoners.

Het was in zekere zin een typische reactie, omdat hij naadloos aansluit op het periodieke onderzoek naar het draagvlak onder Amsterdammers naar de huisvesting van statushouders. De stadsdelen Zuid en Centrum hebben verreweg de minste statushouders binnen hun grenzen wonen, maar het draagvlak onder de inwoners is er nog niet de helft van de score in de stadsdelen met verreweg de meeste statushouders, Zuidoost en Nieuw-West. Barmhartigheid heeft een postcode, ook in Amsterdam.

Dat werd ook zichtbaar toen enkele jaren geleden honderden vluchtelingen uit Syrië tijdelijk moesten worden opgevangen. Ook toen stonden Zuidoost en Nieuw-West als eerste op om ontheemde mannen, vrouwen en kinderen in sportzaal en kantoorgebouw onderdak te bieden.

Ik woonde in die periode een aantal informatieavonden voor inwoners bij, en werd elke keer verrast door het verloop. Terwijl het late Journaal beelden bracht van schreeuwende en dreigende mensen in andere delen van het land, staken hier mensen hun vinger op om te vragen of er misschien nog behoefte was aan kleding, eten of speelgoed voor de kinderen.

De verantwoordelijk wethouder heeft dit keer laten weten de opvangcentra voor de uitgeprocedeerde asielzoekers over de hele stad te willen spreiden. De bewonersavonden zullen een interessant uitzicht bieden op het humeur in de verschillende gebieden. Ik wens de wethouder veel sterkte toe bij de gesprekken, en twee hele oren na afloop van zijn tournee.

uit het Parool, 30 januari 2019