Het vuur brandt nog in Bethel

door Eline Kuijper en Maarten Boersema   –  1 december 2018   –    Nederlands Dagblad

In de Bethelkapel wordt gezongen, gelezen en gebeden. Er hebben zich al 450 voorgangers uit alle hoeken van het land en uit bijna alle denominaties aangemeld.  | beeld Maarten Boersema

De voortdurende dienst die de familie Tamrazyan kerkasiel biedt, is wereldnieuws geworden.. Maar hoelang kan het gezin deze situatie volhouden?

Den Haag

Als even rustig is in de ontvangstruimte van de Bethelkapel, komt vader Tamrazyan stilletjes naar beneden. Hij draagt een kruis over zijn dikke trui en sokken in zijn leren slippers. Zijn voornaam mag niet in de krant, dat kan hem in gevaar brengen.

Het is een sombere, regenachtige novemberdag. Het buurt- en kerkhuis Bethel is huiselijk, warm en droog. In de kapel duurt de kerkdienst nog altijd voort. Nu al vijf weken.

‘Wilt u mijn dochter spreken?’ vraagt Tamrazyan vriendelijk. Zijn oudste, Hayarpi (21) staat geregeld journalisten te woord. Haar zusje Warduhi (19) en broertje Seyran (15) blijven zo wat uit de wind. Hoe het met hem gaat? ‘Ja, ja, bedankt voor de aandacht.’ Hij maakt een praatje en loopt dan weer naar boven.

Het is soms een drukte van belang in de ontvangstruimte, waar tafels, een bureau en een keukenblok staan. Allerlei bezoekers van de kerkdienst drinken er koffie en praten na. Als er journalisten zijn, blijft het gezin Tamrazyan het liefste boven. Daar hebben ze een woonkamer, meerdere slaapkamers en een zojuist verbouwde douche. Met een grijze geblokte theedoek staat vrijwilliger Hilly Merx wat koffiekopjes af te drogen. Ook zij komt tot rust nu er even geen mensen zijn. ‘We zijn streng voor de bezoekers hoor’, zegt Merx. ‘Iedereen wil het gezin spreken. Sommige mensen zeggen dat ze een afspraak met hen hebben, terwijl dat niet zo is.’ Daar wil ze de familie voor beschermen. ‘Het gezin is afhankelijk van de hulp en aandacht die zij krijgen. Dat maakt hen kwetsbaar. Ik zou willen dat de mensen die hier komen die machtsverhouding inzien.’

wereldnieuws

De kleine kapel, ingeklemd tussen de woonhuizen in de Haagse Thomas Schwenckestraat, is inmiddels wereldnieuws. ‘Dutch church holds 800-hour service to save family from deportation’, kopte de Amerikaanse nieuwszender CNN. Een cameraploeg van de Britse zender BBC komt langs. De New York Times belde zojuist. Zelfs in China is het nieuws opgepikt.

Die internationale aandacht zal toch druk uitoefenen op de Nederlandse overheid, verwacht Derk Stegeman. De predikant coördineert de gang van zaken rond het gezin al sinds ze hier in Den Haag verblijven. Hij is manager van Stek, de stichting die samen met de Protestantse Kerk in Den Haag het kerkasiel biedt, met steun van het landelijke kerkverband. ‘Ik hoop dat het kabinet niet zo het kerstreces in wil. Want dit is wel het echte kerstverhaal. Er staat niet voor niks een icoon voor in de kapel, van Maria met kind, als bootvluchtelingen. Zo verschijnt God aan ons.’

Stegeman houdt het nog wel even vol, zeker met het aanbod van voorgangers uit alle hoeken van het land, uit bijna alle denominaties. Inmiddels zijn het er al 500, van rooms-katholieke priesters, predikanten uit de Gereformeerde Bond – een conservatief deel van de Protestantse Kerk – evangelische voorgangers, vrijgemaakt-gereformeerden, het gaat maar door.

De voortdurende kerkdienst moet vooral tijd geven, om in gesprek met de overheid tot een oplossing te komen. Dat het gezin tot drie keer toe gelijk kreeg van de rechter, maakt het een wrange zaak. Het was de overheid die telkens in beroep ging. Wat als staatssecretaris Mark Harbers van Asiel stug volhoudt, wachtend tot het gezin opgeeft? Het is een scenario, erkent Stegeman. Maar het gevaar dat ze lopen in Armenië, houdt hen hier. Binnen. Hoe het gaat met de gesprekken achter de schermen, wil hij niet zeggen. Dat zou de voortgang alleen maar in de weg staan.

piekeren

Hoelang ze het hier nog kan uithouden? Daarover wil de oudste dochter, Hayarpi, niet nadenken. ‘Dan wordt het donker’, vertelt ze in de ontvangstruimte. Elke avond gaan zij en haar gezin even bij de dienst zitten, voor het slapen. ‘Dat geeft rust, en het is beter dan piekeren over de toekomst. De toekomst is onzeker, ik kan me er geen voorstelling van maken.’ Liever focust ze zich op God. Ze laat een gedicht lezen dat ze heeft geschreven. Naast de tekst staat een plaatje van Jezus die op het water loopt en Petrus die dat ook wil. Petrus zakt weg, zodra hij zijn blik van Jezus afwendt. Zo is het voor haar ook, vertelt Hayarpi. Hoe zwaar de omstandigheden ook zijn, ze ervaart vreugde. ‘Dat is bovennatuurlijk’, zegt ze stralend. ‘Alsof er liefde door je aderen stroomt. Vooral als je God aanbidt of lofzingt.’ Dat ervoer ze in Katwijk al, waar het gezin vier weken in het gebouw van de Gereformeerde Kerk vrijgemaakt verbleef. ‘Als ik in mijn pyjama even de kerkzaal inliep, voelde ik de armen van God om me heen, een veiligheid die God alleen kan geven.’

Het vertrek van Katwijk naar Den Haag was angstig, vertelt ze.

‘Ik had een bril en een pet opgezet, om minder herkenbaar te zijn.’ Maar het was ook nodig. ‘In Katwijk was er geen kerkdienst die ons beschermde. Ik heb mijn vader in die weken niet zien slapen. Hij stond constant te kijken of er niemand van de vreemdelingenpolitie kwam om ons te halen.’ Hier in Den Haag slaapt hij weer. Zolang de dienst duurt, mag de politie namelijk niet binnenvallen. En dus wordt er gezongen, gelezen en gebeden. Dominee Hanneke Allewijn zit achter de piano, rechts van de herkenbare tegeltjeswand in de kapel. Ze kwam net terug van een begrafenis die ze leidde. ‘Ik fietste hierlangs naar huis en dacht: ik ga even naar binnen.’ Dat is maar goed ook, want juist op dat moment was er een gat in de planning. Theoloog Jacob Talma zou uit Friesland komen, maar was vertraagd. En dus zingen de vijf aanwezigen met Allewijn liederen. Een vrouw uit de zaal staat op. Ze wil graag psalm 57 lezen. ‘Oorspronkelijk kom ik uit Brazilië’, zegt ze. ‘Mijn nichtje daar stuurde me een artikel uit de krant over deze dienst.’ Vurig: ‘Zelfs in Brazilië weten ze er vanaf. Dat wil ik meegeven ter bemoediging.’

Dan komt Talma toch binnen en neemt hij prompt de leiding. ‘Normaal heb ik nooit zo veel tijd om te preken’, zegt hij opgetogen. Een vrouw ontfermt intussen zich over de kaarsen die dreigen uit te gaan. ‘Ze moeten aan blijven’, mompelt ze, ‘ze moeten aan blijven.’

 een bijzondere sfeer 

naam: André van Aarle, diaken in de parochiefederatie HH. Clara en Franciscus in het groene hart.

‘Al weken lees en hoor ik over deze doorgaande viering en ik heb er een tijdje over nagedacht of ik er mijn bijdrage aan zou willen leveren. Op een gegeven moment raakte ik ervan overtuigd dat er situaties zijn dat je moet zeggen ‘tot hier en niet verder’. En dat is het geval met de situatie waarin de familie Tamrazyan verkeert.’

Van Aarle vertelt dat hij bij aankomst in de straat van het kerk- en buurthuis Bethel al het gevoel had dat hij heilige grond aan het naderen was. ‘Er heerst hier een bijzondere sfeer.’ Tijdens vrije zondagen gaat hij weleens voor in een protestantse gemeente. Van die ervaring heeft hij gebruikgemaakt tijdens de viering die hij leidde. ‘Ik heb laten zingen uit het Liedboek en gebruikgemaakt van een protestantse liturgie.’

Tijdens de viering stond psalm 86, de klaagpsalm van David centraal. Van Aarle heeft al weer een nieuwe afspraak gemaakt om een viering te leiden in de eerste adventsweek. ‘Als het goed bevalt, dan kan en wil ik zeker nog wel vaker terugkomen.’

 bidden voor vrede heeft zin 

naam:Joris van Gerven, aangesloten bij de katholieke Gemeenschap van Sant’Egidio in Amsterdam.

‘We geloven dat het zin heeft om te bidden. Het eerste en misschien wel belangrijkste wat wij als mensen kunnen doen, is bidden. Daarnaast dragen we graag bij aan deze viering, omdat de kerk bij uitstek een plek is waar mensen die in de knel zitten een toevlucht kunnen vinden.’ Van Gerven was al eens eerder te gast bij een viering in de nacht. Dit keer leidde hij samen met een paar anderen een viering van twee uur. ‘We hebben met elkaar psalmen gezongen, gelezen en er was ook ruimte voor een overweging. Ook hebben we een gebed van vrede uitgesproken waarbij we alle landen noemen waar conflicten zijn. We hebben dus ook gebeden voor Armenië. In de verschillende onderdelen wisselden we elkaar als voorgangers af.’

Het treft Van Gerven dat de liturgie in kerk- en buurthuis Bethel telkens blijft doorgaan. ‘Wij zijn gestopt, maar er zijn nu weer anderen die verder gaan met de eredienst. Ik vind dat heel mooi.’ Het is afwachten hoe het verder gaat met de doorgaande viering, maar Van Gerven wil zeker terugkomen.

 eredienst heel concreet 

naam:Wietske Verkuyl, predikant in de Abdijkerk (PKN) in Den Haag – Loosduinen.

In het eerste weekend van de doorgaande dienst in de Bethelkapel leidde Wietske Verkuyl de viering van zeven tot zeven. ‘Het moest allemaal op het laatste moment geregeld worden, dus er was weinig mogelijkheid tot voorbereiding. We hebben toen veel gezongen en uit de Bijbel gelezen. Ook had ik een prekenbundel van Maarten Luther King bij me. Daar heb ik uit voorgedragen en daarover zijn we met elkaar in gesprek gegaan.’

Ze is tot nu toe in vier verschillende vieringen voorgegaan. ‘In de laatste viering waarin ik voorging heb ik een ‘normale’ liturgie gevolgd, die ik in zondagse erediensten ook gebruik. Voor sommige onderdelen heb ik gedichten van Hayarpi gebruikt.’ Verkuyl levert graag haar bijdrage aan deze doorgaande viering om allereerst de familie te steunen en te pleiten voor verruiming van het kinderpardon. Daarnaast vindt ze het ook bijzonder dat de eredienst op deze manier heel concreet wordt. ‘Je doet werkelijk wat je bidt en leest als bondgenoot van God.’ Voor Verkuyl is de belasting met eens in de week een viering niet groot.

 hoop op positief besluit

naam:Folkert Rinkema, predikant in de Gereformeerde Kerk vrijgemaakt in Katwijk.

Voordat de familie Tamrazyan verhuisde naar Bethel in Den Haag werden ze enkele weken opgevangen in de Gereformeerde Kerk vrijgemaakt in Katwijk. ‘De familie Tamrazyan is al drie jaar lid van onze gemeente. De reden dat ik meewerk aan deze viering is dus in eerste instantie om de familie te ondersteunen. Ik heb er wel even over moeten nadenken of een doorgaande viering, zoals die nu plaatsvindt, het middel is om te gebruiken. Maar ik ben een keer als gast naar een viering gegaan en toen ben ik overtuigd geraakt. Daarnaast gaat het mij niet alleen meer om de familie, maar om al die kinderen die hier geworteld zijn en dreigen uitgezet te worden.’ Rinkema gebruikt in de tweede viering waarin hij voorgaat een preek over psalm 27 die hij de afgelopen zondag hield in zijn eigen gemeente. Als er op korte termijn geen oplossing gevonden wordt, dan wil Rinkema vaker terugkomen. ‘Ik word door deze vieringen zelf ook verrijkt, maar toch hoop ik dat er voor Kerst een positief besluit genomen gaat worden. Dat lijkt me een mooie kerstgedachte.’

https://www.nd.nl/nieuws/geloof/het-vuur-brandt-nog-in-bethel.3205806.lynkx